#1 De Bezetting: Brava

dec 22, 2018
Er zijn weinig documenten te vinden over de bezetting van Brava. De gedecentraliseerde ligging van het eiland heeft ervoor gezorgd dat de van oorsprong tot São João benoemde eiland niet veel genoemd wordt in de boeken. De best bewaarde documenten over Brava zijn biografieën over twee van de grootste schrijvers en poëten uit Cabo Verde: Luís Loff de Vasconcelos en Eugénio de Paula Tavares. Deze verhalen komen uit de negentiende eeuw. 

Ilha de São João
Brava werd hoogstwaarschijnlijk in 1462 door Diogo Afonso in kaart gebracht. Het eiland zou allereerst ilha de São João hebben geheten, omdat het eiland op 24 juni in het vizier kwam. De ongerepte, groene natuur en de woeste zee maakte het een ware uitdaging om het eiland te bezoeken. Zo veranderde de naam in Brava, wat in het Portugees staat voor wild, woest, opstandig of rebels.

Sintra de Cabo Verde
Aan het eind van de vijftiende eeuw zouden de eerste mensen zich op het eiland gevestigd hebben. Dat blijkt uit een schenkingsbrief van Dom João II aan zijn schildknaap Lopo Afonso. Afonso ontving een betaling voor de diensten die hij had geleverd. Hij ontdekte de aanwezigheid van verschillende soorten metalen op het eiland. Zo ontstonden er kleine goud-,  zilver-, koper- en zwavelmijnen. De mijnen brachten helaas niet veel op. Daarom werden de toenmalige machines al gauw omgebouwd en in gebruik genomen voor de katoenplantages die hun opkomst maakten. De plantages brachten tot slaaf gemaakte mannen en vrouwen naar het eiland. 

In de zestiende eeuw zou het eiland verder bevolkt zijn met witte kolonisten in opdracht van João da Fonseca. De toenmalige 'kapitein' bracht kolonisten uit het Portugese Rijk (Madeira, Algarve en de noordelijken provincie Minho) en enkele andere Europeanen naar het eiland. Brava ontdekte in die tijd haar landbouwkundige 'roeping'. Naast katoenplantages ontstond er ook veel plek voor intensieve veeteelt. Zo'n tweeduizend stuks vee, inclusief hun huid en talg (huidsmeer), werden jaarlijks geëxporteerd vanaf het eiland. Daardoor kreeg Brava de bijnaam Sintra de Cabo Verde, omdat het toentertijd het meest ontwikkeld gebied van Cabo Verde was. Er was geen stuk land dat niet gebruikt werd voor een gewas of het houden van vee. Het benoemen van het Brava tot het nieuwe centrum van Cabo Verde maakte het eiland tegelijkertijd ook kwetsbaar. Van de zeventiende eeuw tot de eerste helft van de negentiende eeuw werd Brava geteisterd door piratenaanvallen. Daardoor vestigden de meeste mensen zich vooral in de valleien van het eiland. Hier kon de bevolking in rust verder groeien en genieten van de welvaart.

Zuiver van ras
Ondanks de bevolkingsgroei, ontstond er nooit een grote, gemengde populatie op het eiland. Da Fonseca, de kapitein die opdracht gaf om meer witte kolonisten naar Brava te brengen, stond erop dat 'de zuiverheid van het ras moest worden behouden'. Hierdoor leefden de gemeenschappen meer gescheiden van elkaar dan op de andere eilanden. Zelfs nadat in 1680 een vulkanische uitbarsting plaatsvond op Fogo en een groot deel bevrijde Afrikanen verhuisden naar het naburige Brava, bleef de vermenging lager dan op de andere eilanden.  En zo is Brava tot de dag van vandaag één van de witste eilanden van Cabo Verde met de meest duidelijke, traceerbare stambomen naar Europese kolonisten en het minst 'geafrikaniseerd' in de vorm van rituelen en tradities. 

De welvaart van Brava groeide door tot het einde van de negentiende eeuw. In 1898 bereikte het eiland een hoogtepunt in aantal inwoners, met zo'n 10.000 Bravenses. In het eerste decennium van de twintigste eeuw raakte het eiland in een neerwaartse spiraal. De bodem van het eiland leek uitgeput. De activiteiten namen af en zo ook het aantal inwoners. Daarnaast kwam de walvissenvaart op waardoor Brava in een migratiegolf terecht kwam dat uiteindelijke vele Bravenses naar de Verenigde Staten deed emigreren. Meer daarover lees je hier

Share by: