Bevolken van het eiland
Afonso kreeg Boa Vista onder de voorwaarden dat hij het eiland verder zou ontwikkelen. Eerder had hij deze verantwoordelijkheid gekregen voor het noordelijk deel van Santiago. In de schenkingsbrief waarin hij het noordelijk deel van Santiago overnam van zijn oom, Diogo Afonso, stond dat Diogo tot slaafgemaakte Afrikanen mocht importeren vanuit de westkust van Afrika ter ontwikkeling van het eiland. Deze voorwaarde paste Rodrigo ook toe voor het eiland Boa Vista. Zo werden lange tijd tot slaafgemaakte Afrikanen vanuit de golf van Guinee naar Boa Vista vervoerd. Op Boa Vista werden zij naar eigen zeggen ''heropgevoed''. Een deel ging daarna door naar Santiago, terwijl anderen achter bleven op het eiland.
São Christovão
De Afrikanen die achterbleven vestigden zich in het zuiden op een plek dat de Portugezen São Christovão noemde. Zij bouwden daar eenvoudige hutjes waar zij verbleven. Vervolgens bleef het in de ontwikkeling van Boa Vista erg stil. In 1505 werd het eiland overgenomen door Pedro Correia, een edelman van het Portugees Koninklijk Huis. Maar ook hij zette dezelfde handelingen voort op het eiland; runderen werden gefokt, geslacht en alle overblijfselen verkocht voor economisch gewin.
Povoaçao Velha
Rond 1620 vestigden een groep Engelsen zich op het eiland. Zij stichtten in het westen van Boa Vista het dorp Estância. Estância wordt gezien als de eerste dorp van Boa Vista. Het dorp kreeg een haven, Curralinho, om de stad bereikbaar te maken voor de buitenwereld. De stad was blijkbaar zo vooruitstrevend dat passerende piraten Estância geregeld aanvielen en plunderden. Estância zou later Povoação Velha gaan heten.
Sal Rei
Vervolgens bleef het weer voor een lange tijd stil in de ontwikkeling van Boa Vista. Tot de achttiende eeuw. Burgemeester Manuel António Martins werd aangesteld en hij gaf de opdracht om wat verder het eiland in te trekken. De verkenners kwamen uit bij een rustige baai in het noordwesten. Daar ontdekten zij zout op het eiland. Dit zout was van hoge kwaliteit waardoor het de naam Koningszout, ofwel Sal-Rei, kreeg. Het eiland werd daarna volledig ingezet om dit zout in te winnen. De zoutwinning werd zo succesvol dat de oprichter van de zoutindustrie op Boa Vista, Aniceto António Ferreira, een stenen haven liet bouwen om de export van het zout verder te vergemakkelijken. Telde de nederzetting nabij de zoutwinning begin 1800 slechts zes volwaardige huizen en wat hutten, waren er volgens Chelmicki (1841) veertig jaar later een groot aantal volwaardige huizen en kwamen er geregeld buitenlandse schepen naar Boa Vista voor de zouthandel. Het succes van de zoutwinning zorgde ervoor dat het dorp werd omgedoopt tot het centrum van Boa Vista onder de naam Sal Rei.
Sal Rei is tot de dag van vandaag het centrum van Boa Vista. Het eiland is een van de dunst bevolkte eilanden van Cabo Verde. De passaatwinden creëren grote zandbanken en woestijnen waardoor grote groei uitblijft. Sinds de onafhankelijkheid heeft de regering een nieuwe koers gezet op ontwikkeling.; met behulp van toerisme. Ook dat brengt zijn voor- en nadelen met zich mee. Maar dat is een verhaal voor een andere serie.